Wintertips!
Gedrag
Aanschaf en wennen
Nachthok
Voeding Kippengevaren
Het jaar door
Ei, leg en broeden
Kuikens en hun opfok
Ziekten
Ongedierte
FAQ
Tentoonstelling
Rasvereniging
Bio-industrie
Kippenforum
Zoek/Home

Gedrag van kippen

De kip is, zoals de meeste dieren, een gewoontedier. 's Ochtends wordt de voer- en drinkbak op een vaste plaats verwacht. De rondjes door de tuin hebben een vast patroon en de rangorde is prima vastgelegd. Elke kip heeft een vaste plek op de zitstok, als er zitstokken op verschillende hoogten zijn zitten de kippen die het hoogst in rang zijn op de bovenste zitstok. Zouden de kippen in een boom slapen dan is de hoogste plek in de boom altijd het veiligst tegen vossen en dergelijke en dus kiezen de kippen die het hoogst in rang zijn de bovenste zitplaats.

Scharrelen is overleven
Een stukje tuin dat ineens wordt afgezet omdat je daar iets hebt ingezaaid vormt voor een kip een regelrechte uitdaging. Dat stukje wás altijd beschikbaar en nu ineens niet meer? Dát zullen we nog wel eens zien! Ofschoon er misschien niets te halen valt zullen ze op allerlei manieren proberen om daar tóch te komen. Daarom is het slim een geplande groentetuin of bloembed af te zetten voordat de kippen er ooit komen of anders tijdig voor het inzaaien zodat ze eraan kunnen wennen.

Het kunnen scharrelen van kippen is voorál een geestelijke noodzaak, het zit ingebakken in de aard van de kip om voedsel te zoeken en dus de hele dag bezig te zijn, dit is iets dat dus niet afgeleerd kan worden. Scharrelen onder struiken of bladeren levert ook een grote variatie in voedsel op en dat is natuurlijk heel gezond. Kippen eten de hele dag door dus kleine beetjes, daar is hun lichaam op ingesteld. Voer wordt in de krop voorverteerd en zakt dan af naar de relatief kleine maag om verder verwerkt te worden.

Daarom is het fout om kippen in een ren slechts een keer per dag te voeren en er de rest van de dag helemaal niets voor ze beschikbaar is. Voer moet de gehele dag tot hun beschikking staan. Als ze niet de hele dag kunnen eten zullen ze zich bij het eenmalige voeren volproppen en dat kan leiden tot storingen in de spijsvertering. Dat betekent niet dat ze de hele dag een volle bak tot hun beschikking moeten hebben, 's ochtends een volle voerbak neerzetten en die niet meer bijvullen gedurende de dag werkt prima. Kippen die gewend waren aan een keer per dag voer krijgen zullen het snel afleren om zich vol te proppen. Kippen die in een kale ren worden gehouden en niet kunnen scharrelen vervallen dan ook vaak in ondeugden zoals verenpikken of agressief gedrag. Scharrelen móet en houdt een kip geestelijk gezond.

Brahma blauwpatrijs

Rangorde binnen de groep
Hoewel het lijkt dat de haan de chef is binnen een groepje kippen is dat toch vaak niet zo. Als je de dieren een tijd observeert zul je zien dat een van de hennen, meestal een van de oudere hennen, bepaalt waar ze in de tuin naartoe gaan. De rest van de hennen volgt en de haan sjokt er dan achteraan. De haan probeert voortdurend de aandacht van de hennen te trekken door, als hij iets te eten vindt, een geluid te maken dat klinkt als bap-bap-bap en met de snavel naar het voedsel te pikken. Vaak komen de hennen dan aanstuiven en dan hoopt de haan er eentje te kunnen dekken. Vele hanen doen dit "bappen" ook als ze niets vinden en op een gegeven moment negeren de hennen hem en zal hij moeten wachten tot een hen zich aanbiedt. Als de haan een hen in één keer goed bij de nekveren pakt kan hij zich ook aan haar opdringen en haar tegen haar wil dekken. Pakt hij haar niet in een keer goed vast dan kan hij, als ze niet wil, wat flinke opdonders tegemoet zien! Tussen de hennen onderling zijn ook wel kleine gevechten om de rangorde waarbij de veren in het rond vliegen. Toch moet je dat laten gaan zolang het niet echt uit de hand loopt, als ze het nu niet uitvechten doen ze het later toch wel.

Zijn er meerdere hanen in een groep (dat kan alleen als de hanen samen of als kuiken in de groep zijn opgegroeid, zet dus nooit een nieuwe haan in een groep waar al een of meer hanen zijn) dan is de rangorde binnen de hanen heel strak bepaald. De chef-haan duldt de andere hanen alleen aan de buitenkant van de groep en niet in de buurt van de hennen. De buitenkant van de groep is, met het oog op rovers, ook de gevaarlijkste plek, dus dat is wel slim bekeken van de chef ;)

Een afgedwaald hennetje wordt door de mindere hanen wel gedekt, maar zodra de chef het ziet moet hij benen maken. Kleine schermutselingen tussen de hanen zijn normaal. Het gebeurt ook wel dat bepaalde hennen zich bij een "mindere" haan aansluiten en dat de groepen overdag gescheiden door de tuin zwerven. Het nachthok wordt dan vrijwel altijd nog steeds als gezamenlijke slaapplaats gebruikt. Vaak zullen de mindere hanen pas in het hok mogen als de chef al is ingedut, sommige slimmerds zorgen ervoor dat ze al vroeg in het hok zitten. In mijn groepen slapen hanen gebroederlijk naast elkaar in het hok, maar overdag lopen ze met hun eigen hennen rond en zorgen ervoor dat ze elkaar niet tegenkomen. Zodra ze elkaar zien buigen ze af en lopen een andere richting uit. Ze hebben ook duidelijk het terrein hier verdeeld in territoria, het gebeurt maar zelden dat een groep op het terrein van een andere haan komt. Het bezoeken van de voerplaats gebeurt maar door een groep tegelijk. Hennen van verschillende groepen eten wel samen, maar als er al een haan bij de voerplaats is wachten de ander hanen tot hij weg is, dat geldt ook voor de chef. Onder de mindere hanen bestaat ook weer een rangorde.
Leven hanen zoals omschreven in een groep, dan heeft de chef een zware baan! Hij moet de hele dag op de concurrenten én op de hennen letten en een moment van ziekte of zwakte betekent dat hij zijn plaats onmiddellijk kwijt is. Zodra dit gebeurt gaan de mindere hanen vechten om chef te worden, meestal is dat in een paar dagen bekeken en vloeit er weinig bloed. De oude chef wordt meestal niet meer geaccepteerd, loopt helemaal alleen, mag soms niet meer in het hok en sterft soms na korte tijd. Dit is door de natuur zo geregeld om zoveel mogelijk "vers" bloed in een groep te krijgen. Een haan die geen andere hanen om zich heen heeft wordt vrij oud, een haan in een groep dus minder oud.

Vluchten of vechten?
Kippen zijn vluchtdieren. Hoewel sommige hanen tegen de verzorger agressief zijn zullen ze de hennen bij aanvallen van buitenaf vrijwel nooit verdedigen. Ook al springt de haan tegen het gaas als bijvoorbeeld de hond langsloopt, als hij vrij in de tuin loopt zal hij doorgaans maken dat hij wegkomt als diezelfde hond er aan komt. De haan weet heel goed dat hij achter zijn gaas veilig zit en best patserig tegen het gaas op kan springen. Alleen hennen met kuikens zullen hun kroost fel verdedigen.

Als een dier van de groep wordt aangevallen is de rest van de groep er niet bij gebaat om het slachtoffer te helpen. Een nieuwe haan heb je als groep zó vervangen en een hennetje meer of minder maakt ook niet veel uit. (Het individu is minder belangrijk dan de groep). Verdedigt echter een hen haar kuikens dan kan zij het slachtoffer worden, maar haar kuikens hebben de kans om te overleven als ze al groot genoeg zijn of worden bemoederd door een andere hen uit de groep. Het individu is hier ook weer minder belangrijk dan de groep (in dit geval kuikens).

Geluiden
Kippen signaleren gevaar heel goed en geven met verschillende geluiden door aan de groep of het gevaar uit de lucht of op de grond valt te verwachten! Overvliegende vogels worden aan de groep met een geluid doorgegeven met een geluid dat klinkt als een langgerekt WROUAAAHH. Iedereen zoekt dan meteen een goed heenkomen in de bosjes. Komt het gevaar juist uit die bosjes dan klinkt een heel ander geluid. Deze geluiden zijn eenmalig en worden niet door de groep overgenomen. Let maar eens op de kippen dan zul je het merken! Een flink geschrokken kip maakt hoge, harde geluiden die meteen door de groep worden overgenomen. Het is voor de anderen dan blijkbaar onduidelijk waar het gevaar vandaan kwam en het op een brullen zetten is dan de beste verdediging. Een kip die een aanval van een roofvogel of ander dier overleeft heeft is vaak totaal in shock en zit verlamd in een bosje of onder een boom. Zo'n kip kun je het beste in het hok zetten en met rust laten. De vertrouwde omgeving moet het werk doen en de kip weer bij de positieven brengen. Het gebeurt vaak dat zo'n kip alsnog sterft door de stress.

Kleuren
Kippen zien kleuren. Ze worden vooral aangetrokken door de kleur rood. Een hen die aan de leg is heeft een knalrode kam, de haan wordt door de rode kam aangetrokken om met haar te paren.Is de hen aan het broeden, is ze ziek, in de rui of niet aan de leg, dan is het kammetje niet rood en trekt zij minder de belangstelling van de haan. Het heeft immers weinig zin om te paren met een zieke, broedende of niet leggende kip. Er komt dan toch geen nageslacht en als ze ziek is, loopt de haan ook minder kans om ziek te worden als hij niet met haar paart. Andersom werkt het ook, als de haan geen rode kam heeft dan is er iets met hem aan de hand en zal de hen niet snel met hem willen paren. Die voorliefde voor rood kan er ook toe leiden dat kippen een bloedende kip doodpikken. Hebben ze eenmaal bloed geproefd dan kunnen ze elkaar ook gaan pikken om aan bloed te komen. Dit gebeurt vrijwel alleen bij kippen die zich vervelen doordat ze in een te kleine of saaie ren worden gehouden en omdat ze niet kunnen vluchten.

Intelligentie
Zoals bij alle diersoorten heb je ook intelligente en wat minder intelligente figuren onder kippen. Vrijwel alles is terug te voeren op de basisinstincten zoals het krijgen van voedsel, de drift tot voortplanting, het verdedigen van nageslacht en zelfbehoud. Kippen kun je, afhankelijk van het temperament, met stukjes brood de gekste dingen leren. Sommige pikken dat heel vlot op en anderen leren het nooit. Ook bij kuikens die door de mens zijn grootgebracht zie je die verschillen. Sommigen hechten zich wel aan de verzorger (in beginsel altijd om het voedsel) maar anderen blijven schuw, ook al groeien ze op onder dezelfde omstandigheden. Alles valt en staat met de omstandigheden tijdens het opgroeien. Kippen die in een kleine ren met weinig afleiding en leermogelijkheden zijn opgegroeid worden buiten loslopend nooit zo handig als de dieren die buiten zijn opgegroeid.

Echte affectie hoef je van kippen niet te verwachten. Bij een kip draait de hele wereld om voedsel. Zelf heb ik een hen die noodgedwongen door ons in huis is grootgebracht, in het borstzakje van mijn overhemd ging ze als kuiken mee naar de supermarkt en overal mee naar toe. Als snel liep ik met haar achter me aan door de tuin om haar aan de kippen te wennen. Het wennen in het hok bij de andere kippen was een hele toer, ze wilde helemaal niet bij die kippen! Uiteindelijk hebben we het toch voor elkaar gekregen en deze hen komt nog vaak buiten bij ons zitten, vooral als ze denkt dat je iets te eten hebt. Oppakken vindt ze minder leuk, ofschoon ze je 100% vertrouwt blijft oppakken een bedreigende handeling. De hen is wel uitgegroeid tot een zeer slim dier (maakt hordeuren open, sluipt naar binnen om het kattenvoer op te eten, valt wel eens op bed in slaap) maar echt intelligent is een kip gewoon niet.

Het is ook in het geheel niet onbelangrijk te weten dat een kip een groepsdier is, één kip alleen is doorgaans geen succes. Hou daarom kippen (al of niet met haan) in een groepje van minstens 5 kippen. In de handel zijn kippenhokken die geschikt zijn voor drie krielen, maar dat is eigenlijk te weinig. Als één van die kippen zich wat minder voelt dan is ze meteen de klos. Een groep van 5 is een voor kippen wat normalere situatie.


Naar boven